Interview met Hsiao-hsien Hou
'Ik wil realistische films maken'
Vanaf 25 februari draait The Assassin in de Nederlandse bioscopen, een beeldschoon en poëtisch martial arts-epos geregisseerd door de Taiwanese grootmeester Hsiao-Hsien Hou (Dust in the Wind, City of Sadness). Biosagenda.nl sprak met de regisseur in Amsterdam.
23-2-2016 Door: Jelle Schot
Hsiao-hsien Hou (c) Lumiere
Dank voor je hulp.
The Assassin speelt zich af in het China van de negende eeuw, waar een vrouwelijke huurmoordenaar genaamd Nie Yinniang de opdracht krijgt haar jeugdliefde te vermoorden. Een vechtfilm in de traditie van klassiekers als Crouching Tiger, Hidden Dragon en House of the Flying Daggers, maar dan zonder de uitbundige actiescènes.
BiosAgenda: U maakt normaal gesproken elke twee of drie jaar een nieuwe film, maar The Assassin liet maar liefst acht jaar op zich wachten. Waarom duurde het zo lang?
Hsiao-hsien Hou (HH): 'Ik was vooral bezig met andere dingen. Ik ben onder andere een tijdje directeur geweest van het filmfestival in Taipei, en dat duurde iets langer dan voorzien. Toen ik daarmee klaar was dacht ik: Ik wil niet nog een keer een film maken over iets moderns, laat ik nu eens iets maken waar ik echt heel veel zin in heb. Dit korte verhaal uit de Tang-dynastie (618 - 907 AD, -red.) speelde al heel lang door mijn hoofd. En nu deze af is wil ik er eigenlijk een trilogie van maken.'
'Ik denk dat vrouwen sterker zijn dan mannen'
BiosAgenda: Wat trok u zo aan in het verhaal van Nie Yinniang?
HH: 'Ik las het al heel lang geleden, toen ik nog op de universiteit zat. Verhalen uit de Tang-dynastie hebben altijd een diepe indruk op mij achtergelaten, omdat ze zich aan de ene kant in een totaal andere werkelijkheid afspelen, maar tegelijkertijd zijn er ook heel veel parallellen met de moderne tijd te vinden. Bijvoorbeeld dat er heel veel sterke vrouwen in voorkomen. De verhalen gaan veelal over vrouwelijke krijgers met een gezin, die hun man en kinderen plotseling in de steek laten om aan het moorden te slaan. Soms doden ze zelfs eerst hun eigen kinderen. En die verhalen zijn veelal waargebeurd.'
BiosAgenda:: Vrouwen spelen ook in vrijwel al uw andere films de hoofdrol. Dat is vast geen toeval.
HH: 'Ik vind het gewoon fijn om dat soort vrouwen te filmen (lacht). Maar ik denk ook dat vrouwen, en in het bijzonder Chinese vrouwen, sterker zijn dan mannen. Hoewel dat de afgelopen jaren misschien is afgezwakt, maar vroeger waren in ze heel veel opzichten krachtiger. Vrouwelijke huurmoordenaars komen in de Chinese geschiedenis dan ook heel veel voor.'
'Ik wil realistische films maken'
BiosAgenda: The Assassin is een wuxia-film, maar de gevechten zijn spaarzaam. En de actiescènes die erin zitten zijn vrijwel even belangrijk als shots van een windvlaag die door het bos raast. Waarom?
HH: 'Het gaat mij niet zozeer om het maken van een genrefilm, het gaat mij gewoon om film. En ik weet natuurlijk dat er een enorme wuxia-traditie is in China, niet alleen in film maar ook op het gebied van literatuur. Ik heb vroeger ook veel gelezen en allerlei kungfu-films gezien, bijvoorbeeld van de Shaw Brothers uit Hong Kong. Hun films hadden vaak een opera-achtige structuur. Maar al die verhalen spelen zich af in een denkbeeldige wereld, en ik wist al gelijk dat ik zoiets niet wilde. Ik wil realistische films maken.'
BiosAgenda: Uw film is weliswaar realistisch wat actie betreft, de natuurwetten worden gerespecteerd, maar tegelijkertijd houdt u de gruwelijkheden buiten beeld. Het is uiteindelijk een zeer romantische film geworden.
HH: (lachend) 'Een film zonder liefdesverhaal, dat kan toch eigenlijk niet?!'
BiosAgenda: Absoluut, maar ik bedoel vooral ook romantisch in de bredere zin van het woord.
HH: 'Ja dat klopt wel. Maar dat heeft voor mij ook vooral te maken met het wezen van dit soort verhalen over vechtkunstenaars. Ze zijn vaak heel tragisch en melancholisch. Je kan het vergelijken met westerns: ze spelen zich af in een wetteloze wereld die echt heeft bestaan. En net als in westerns wordt die werkelijkheid uitvergroot en romantischer voorgesteld dan het eigenlijk was.'
'Het gaat mij niet om het vechten'
BiosAgenda: Nog even over de vluchtigheid van de actiescènes: ik zag de film in een volle, grote zaal op het filmfestival van Rotterdam, waar een deel van het publiek hoorbaar moest zuchten, omdat u vaak opbouwt naar een gevecht dat er vervolgens helemaal niet komt. Had u daar rekening mee gehouden?
HH: (lachend): 'Kijk, het gaat mij niet om het vechten. Het hele idee van huurmoordenaars is dat ze zich verborgen houden, tot ze in flits toeslaan en vervolgens weer in de anonimiteit verdwijnen. De enige reden dat Yinniang in de film meerdere malen de confrontatie zoekt met haar doelwit en hem voortdurend bespioneert is omdat ze hoopt dat hij zich realiseert dat hij haar jeugdliefde is. Maar het stomme is, dat hij dat natuurlijk pas doet als het al te laat is.'
BiosAgenda: U zegt vaak dat u liever niet repeteert. Had u met uw werkwijze überhaupt wel langere vechtscènes kunnen draaien?
HH: 'Ja hoor, en voor mijn volgende films is het zeker een mogelijkheid. Maar het probleem is dat je in Taiwan maar weinig mensen hebt die zich met dit soort vechtfilms bezighouden. En uiteindelijk ligt het in grote mate aan wat een acteur kan. Shu Qi bijvoorbeeld, die Yinniang speelt, heeft heel lang geoefend en getraind. Maar toen ik haar in het begin vertelde: je bent een moordenares, dus als je aanslag gaat plegen dan zie je er heel koel en vastberaden uit, trok ze elke keer alleen maar hele gekke gezichten. Omdat ze schrok van zichzelf en het feit dat ze iets met dat zwaard moest doen. En een heel groot deel van wat ik in het begin heb gefilmd in China heb ik weggegooid, omdat haar gezichtsuitdrukking helemaal verkeerd was. Het ging niet eens om de beweging, maar om wat ze met haar gezicht deed. Dat klopte van geen kant. Toen hebben we nog meer geoefend en kwam het toch nog goed. Maar als het om lange vechtscènes gaat zit het er bij haar gewoon niet in. Daar heb je uiteindelijk toch mensen voor nodig die veel beter getraind zijn.'
en abonneer je op onze nieuwsbrief.