'Komedie is een verdieping van de menselijke aard'
In de bioscopen is nu P'tit Quinquin te zien, een Franse TV-serie van vier afleveringen die in zijn geheel wordt vertoond. BiosAgenda.nl sprak met regisseur Bruno Dumont over deze TV-serie, over komedie en het werken met amateurs.
15-1-2015 Door: Quirijn Foeken
(c) Lumiere
Dank voor je hulp.
BiosAgenda: P'tit Quinquin is een TV-serie die nu in de bioscoop wordt vertoond. Is dat niet een andere kijkervaring?
Bruno Dumont BD: 'Ja dat is zeker anders. De opdrachtgever wilde aanvankelijk niet in scope filmen en hij wilde vier afleveringen. Je werkt dus met bepaalde beperkingen. Uiteindelijk was het toch mijn beslissing in scope te filmen om te kijken of dat mogelijk was voor TV. Voor de bioscoopversie heb ik nog geprobeerd een montage te maken van twee uur maar dat is niet gelukt.'
BiosAgenda: Als je van te voren wist dat deze serie in de bioscoop vertoond zou worden, had je het dan anders aangepakt?
BD: 'In de bioscoop heb je veel meer ruimte voor wijde shots. Bij televisie kan dat niet. Het scherm is dan te klein voor de kijker om alle details van het shot te kunnen zien.'
BiosAgenda: U staat niet bekend om tragische films. Waarom wilde u dit keer een komedie maken?
BD: 'Waarom ook niet? Ik heb veel tragedie gedaan maar daar zaten altijd komische elementen in. Langzamerhand begreep ik dat komedie een verdieping is van mijn werk. Het brengt interessante mogelijkheden. Tragedie is heel nauw maar komedie is een verdieping van de menselijke aard. Die aard is opgebouwd uit tragische en komische elementen. P'tit Quinquin zegt meer over de menselijke aard dan mijn vorige werk.'
BiosAgenda: P'tit Quinquin is net zoals L'humanité geschoten in Noord-Frankrijk. Waarom keert u daar steeds terug?
BD: 'Ik woon daar. Ik ken de streek en de mensen dus goed. Cinema ontplooit zich goed op gewone plekken. Er is daar een bepaalde harmonie tussen de mensen en het landschap. Ze hebben daar ook een eigen accent. In de praktijk merk ik dat de plannen die ik daar maak werken. Het werkt cinematografisch goed. Als ik uit Nederland zou komen zou ik hier filmen. Je hebt een bepaalde folklore nodig die samen gaat met de plek. Op filosofisch vlak vind ik het belangrijk om kunst te maken daar waar je je bevindt.'
BiosAgenda: Toch spaart u de streek niet. U laat ook de donkere kant van de streek zien: overspel en racisme zijn aan de orde van de dag.
BD: 'Al mijn films werpen een kritische blik op de maatschappij. P'tit Quinquin zegt iets over de werkelijkheid, de Franse werkelijkheid, de cultuur, de politiek en de ideologie van Frankrijk.'
BiosAgenda: Bestaat uw cast alleen maar uit amateurs?
BD: 'Ik werk voornamelijk met werkzoekenden. Het zijn geen acteurs. Ze komen echt voor het geld, de film zal hen een worst zijn. Dat is hun eerste motivatie. Mijn bedoeling was om het politiegenre te vervormen. Dat komische element komt niet van Quinquin of de politieman. Ik zet mensen in tegen de verwachtingen in die men van ze heeft. In de politieserie zijn de personages altijd heel duidelijk. De politieman is duidelijk een politieman. Iedereen speelt en rol. Jij bent de journalist en stelt vragen. Ik ben de filmmaker die ze beantwoord en de tolk hier vertaalt de antwoorden. Dat is helder. Maar het wordt komisch als ik van mevrouw de tolk een automonteur maak. Dat is tegen de verwachting in.'
P'tit Quinquin is vanaf 15 januari te zien in de bioscoop.
en abonneer je op onze nieuwsbrief.