‘Volstrekte creatieve armoede’
Soms komt er bij een BiosAgenda een recensie binnen die wat langer is dan anders. Soms worden er dan wat zinnetjes uit gehaald. Dat hebben we bij deze epic rant niet gedaan. Waarschuwing: lange recensie.
8-7-2015 Door: Pim Wijers
Emilia Clarke plays Sarah Connor and Arnold Schwarzenegger plays the Terminator in TERMINATOR GENISYS from Paramount Pictures and Skydance Productions., ? 2015 Paramount Pictures. All Rights Reserved.
Dank voor je hulp.
Er is eigenlijk niets goed aan deze vijfde telg in de Terminator-franchise. Van futloze actie tot slaapverwekkende knipogen naar de eerste delen: deze film kun je beter links laten liggen.
Een gespierde moordrobot uit het jaar 2029 (Arnold Schwarzenegger!) wordt naar 1984 gestuurd om Sarah Connor te vermoorden. Sarah is immers de toekomstige moeder van John Connor, de man die in 2029 het zelfbewuste computerprogramma Skynet en diens robotleger verslaat en zo de mensheid redt. Sarah krijgt hulp van haar op dat moment nog ongeboren zoon: hij stuurt zijn rechterhand Kyle Reese uit 2029 terug naar 1984 om ervoor te zorgen dat hij gewoon geboren gaat worden en daarmee ook de mensheid kan redden. Geen kijker zal bij dit plot van knalprent The Terminator (1984) jeremiëren over zaken als the butterfly effect of andere quantumfysische complicaties. Tijdreizen dient als de kapstok waaraan regisseur James Cameron de actie heeft opgehangen: nagenoeg het hele verhaal ontvouwt zich als een kat-en-muis-spel .
In 1991 verscheen het bijna net zo fenomenale Terminator 2: Judgment Day*. Die film is van hetzelfde laken een pak (zowel in de simplistische opzet als in de strak geregisseerde actiescènes), evenals het niet per se goede, maar ondanks dat toch onderschatte Terminator 3: Rise of the Machines (2003). Vanaf morgen draait het vijfde deel, Terminator: Genisys**. Een poging om de tijdreissequenties hierin zo simpel mogelijk uiteen te zetten zal ontaarden in een narratieve warboel waarvan je waarschijnlijk de neiging zal krijgen om een schroevendraaier in je oor te steken. We nemen het risico voor deze recensie. Waarschuwing voor een lange tekst en wat spoilers (maar geen echte spoilers die je nog niet in de schaamteloze en alles verhullende trailer hebt kunnen zien):
In 2029 wordt er nóg een goedaardige Terminator 800 (Arnold Schwarzenegger) teruggestuurd naar het verleden, ditmaal naar 1974. Die redt een negenjarige Sarah Connor en voedt haar op als haar robotpapa. Sarah noemt hem Pops. Lief. In de tien jaar erna bereidt Pops haar voor op 1984, het jaar waarin de boosaardige Arnold Schwarzenegger uit deel 1 wordt teruggestuurd om Sarah te vermoorden. Kyle Reese komt dan ook aan, op de voet gevolgd door een nieuwer model moordrobot (een T-1000, de versie die we uit deel 2 kennen). Sarah en Pops redden Reese. Dan blijkt dat Sarah en Pops een tijdmachine hebben gebouwd om naar 2007 te reizen, omdat Skynet in dat jaar wordt uitgevonden door wetenschappers die niet doorhebben dat hun uitvinding de mensheid de verdommenis in zal helpen. Dat leren ze overigens door flashbacks die Kyle Reese krijgt naar een tijdslijn waarin zij zich niet bevinden, maar die hij krijgt vanwege een verstoring in het ruimte-tijd-vacuüm. Ondertussen, in 2029, wordt John Connor aangevallen door Skynet in de vorm van een pratende robot. Skynet verandert John in een mensrobot en een superschurk. Hij reist van 2029 terug naar 2007, om ervoor te zorgen dat zijn moeder, zijn robotstiefvader en zijn échte vader (Kyle Reese, die op dat moment van de verhaallijn waarschijnlijk nooit seks zal hebben met zijn moeder, denk daar maar eens over na) Skynet niet zullen vernietigen, zodat het computerprogramma in 2029 Terminators kan terugsturen naar het verleden en John Connor kan veranderen in een moord-mens-robot. Volg je ’t nog? Samenvattend zien we in deze vijfde film Connor versus Connor, teveel gereis in de tijd, twee Arnold Schwarzeneggers voor de prijs van één en Kyle Reese die het de hele tijd eigenlijk ook allemaal niet meer snapt. En verder nog explosies, een helikopterachtervolging en heel veel CGI (vaak gebruikt voor explosies).
Geven we iets teveel van de plot weg? Wellicht. Anderzijds zitten alle spoilers ook zo’n beetje in de trailer. En ook de grootste spoiler daaruit - Terminator Genisys gaat een rukfilm worden - is uitgekomen. We zeiden het al: de reeks begon ooit als knaller die tijdreizen als excuus gebruikt voor actie. In deze ultiem mislukte poging om Terminator naar een intelligenter plan te tillen is die formule omgedraaid: de actie wordt als excuus gebruikt voor het tijdreizen. De scriptschrijvers krijgen het verhaal daarmee in een knoop waarop zelfs oordopjes in je broekzak jaloers worden.
Wat zuigt er nog meer aan Terminator Genisys?
De actie. Daar zit er veel van in: Terminators die elkaar op elkaar inbeuken, auto-achtervolgingen, helikopterachtervolgingen, geknal met shotguns en natuurlijk handgranaten (van die handgranaten weten we niet zeker meer of ze echt in de film zaten, maar het klinkt cool). Regisseur Alan Taylor, die hiervoor onder meer Thor 2: The Dark World regisseerde, heeft de moeite om met deze ingrediënten iets kruidigs te brouwen. Wat ging de filmwereld los toen zijn voorganger Jonathan Mostow in 2003 kwam aanzetten met Terminator 3: Rise of the Machines. Maar allemachtig, wat zit er een goede (!) achtervolgingsscène in die film. Schwarzenegger slingert daarin aan een hijskraan door de straten, terwijl een andere Terminator hem het leven zuur maakt. Gaat ‘ie vallen? Crasht de kraanwagen? Die kraanwagen is echt, en kan dus echt kapot. Er staat iets op het spel. Taylor maakt de actie in Terminator 5 juist generiek en vlak. Een explosietje hier, een slowmo’tje daar, wat digitale effecten en weinig opbouw van spanning. Oh, en nog een extra explosietje hier en een slowmo’tje daar, want we kunnen toch alles uit de computer toveren voor maximaal effect. Wát een verschil met de onlangs verschenen woestijnrace-film Mad Max: Fury Road, waarin er tijdens langdurige actiescènes amper CGI zit, maar des te meer practical effects. De camera zit de acteurs en stuntmensen op de huid. Je proeft het opstuivend zand en je kan door zoveel vakkundigheid zo maar eens twintig minuten op het puntje van je stoel zitten. En er dan bij de aftiteling achter komen dat de remsporen zich niet alleen tot de filmwoestijn beperkt hebben. Genisys bereikt deze intensiteit exact nul keer, terwijl er (geheel volgens Hollywood-regels) minstens elke tien minuten een actiescène in de film zit. In een vloek en een zucht leidt Taylor ons door zijn geknal heen, zonder besef van hoe hij zulke scènes spannend moet maken. En nee, Taylor: extra ontploffende computerauto’s en/of -gebouwen staat niet gelijk aan meer spanning. Meer is minder.
Ook de cast is niet te pruimen, al maakt Schwarzenegger er een klein feestje van. Hij krijgt alleen weinig tijd om uit te blinken. Dat hij niet langer de held is van zijn eigen franchise wordt daarmee bijkans pijnlijk duidelijk. Zijn tweede-vioolschap in Terminator Genisys zal te maken hebben met het floppen van al zijn films (The Expendables niet meegerekend) waarin hij na zijn gouverneurschap een grote rol had. Het publiek is Schwarzie zat, maar in deze film is zijn relativerende gestalte broodnodig tegenover zijn veel te serieus acterende collega’s. Zo staat hij naast Emilia Clarke, die drakenchick uit Game of Thrones, die als Sarah Connor goed haar best doet om Linda Hamilton inhoud te geven. Maar Clarke heeft pech: deze Terminator is niet geregisseerd door James Cameron, de man die vrouwelijke hoofdpersonages geloofwaardig laat ontwikkelen tot stoere chicks met ballen. Zie ook Ellen Ripley in Aliens. In Terminator Genisys moet Clarke zich door veel verhaal worstelen, maar ondanks dat ontwikkelt haar Sarah Connor zich een film lang niet. Ze begint als stoere, maar bezorgde dame met ballen (die ze in 1974 van Arnold Schwarzenegger heeft gekregen, weet je nog?) en ze eindigt als stoere, maar bezorgde dame met ballen. Dat ze ergens in het midden haar bloedeigen zoon (die in haar wereld nog net is geboren, weet je nog?) tegenkomt als haar ultieme vijand, deert haar weinig. De scriptschrijvers zaten waarschijnlijk met hun handen in het haar hoe ze al die tijdslussen uit de war moesten halen en vergaten hun personages een boog mee te geven.
Want ook Kyle Reese en vooral John Connor zijn een sof. Jai Courtney, die onder andere de zoon van John McClane speelde in A Good Day to Die Hard (lol!), is een charismaloze Kyle Reese. Maar Jason Clarke als John Connor slaat alles. In Dawn of the Planet of the Apes toonde hij zich nog een overtuigende hoofdrolspeler, maar dat is dan ook een intelligente blockbuster met een rustig tempo. Hierin is hij een eendimensionale superschurk met superkrachten waartegen zelfs een badguy van een stripboek uit de jaren vijftig nog zou zeggen: ‘misschien moet je iets meer motivatie tonen in je plan om de wereld te domineren.’
Wat overigens wel prettig is aan de Terminator Genisys, is dat bijna alle verwijzingen naar de eerste twee delen (come with me if you wan’t to live, I’ll be back, etc.) aan het begin van de film zitten. Ze voelen precies zo plichtmatig als hun aanwezigheid in de trailer, die overigens een award zou moeten krijgen voor de slechtste filmaankondiging aller tijden. Fans halen vast hun schouders op bij het horen van deze legendarische oneliners. Ze zijn slecht getimed, maar dat is door de zielloze regie van Taylor zo’n beetje alles aan deze film.
Terminator Genisys is een nieuw voorbeeld van al wat er mis is aan het moderne Hollywood: er wordt geen enkel risico met de film genomen. Potentiële nieuwe fans en oude fans van de franchise worden geminacht. Het credo ‘meer is meer’ wordt ook in deze film omarmd alsof dit de succesformule is voor een goede film, zodat het publiek tijdens het kijken maar genoeg bezig blijft met explosies op het scherm. Die explosies leiden echter helemaal niet af van de volstrekte creatieve armoede die erachter schuil gaat. Deze prul van een film doet ons andermaal verlangen naar filmmakers die het lef hebben om buiten de gebaande paden te treden, die durven te schrappen in de montagekamer en die potjandorie weer eens een actiefilm durven te maken die om datgeen draait waar je een actiefilm om kijkt: actie.
* Nu worden heel veel in de jaren negentig opgegroeide jongetjes boos, want die vinden de tweede nóg fenomenaler dan de eerste. Die jongetjes hebben echter ongelijk, de tweede is namelijk gewoon een stuk te lang.
** We laten deel 4, Terminator: Salvation, de film waarin Christian Bale op de set door het lint ging omdat alles er zo ruk geregeld was, compleet buiten beschouwing. Dit is namelijk een van de domste actieblockbusters van deze eeuw. Het zou de eerste film van een nieuwe trilogie worden. Dat feestje ging godzijdank (!) niet door, wegens slechte opbrengsten en kritieken. We zijn nog steeds megahard aan het doen alsof die film nooit gemaakt is. Het is trouwens de enige Terminator waarin Arnold Schwarzenegger niet meespeelt: zijn hoofd is digitaal op dat van een andere bodybuilder geplakt.
en abonneer je op onze nieuwsbrief.