Recensie The Glass Castle
Short Term 12 betekende in 2013 de doorbraak van regisseur Destin Daniel Cretton en hoofdrolspeler Brie Larson. Vier jaar later verenigen ze hun krachten opnieuw, maar helaas met minder succes.
16-10-2017 Door: Elise van Dam

Max Greenfield als Brian en Brie Larson als Jeannette Walls in 'The Glass Castle'. Foto: Jake Giles Netter. , © 2017 Lions Gate Entertainment Inc. All Rights Reserved.
Dank voor je hulp.
Een vrouw (Brie Larson) zit in een fancy New Yorks restaurant. Een kreukloze jurk aan, het haar perfect opgestoken. Ze lijkt het toonbeeld van welgesteldheid, maar haar heck yeah en schaamteloos verzoek om een doggybag verraden dat onder dat uiterlijk een complexere identiteit en geschiedenis schuilgaat.
The Glass Castle is de verfilming van de memoires van Jeannette Walls, die met haar twee zussen en broer een op z�n zachtst gezegd ongewone jeugd had.
Bruine zak
Rex (Woody Harrelson) en Rose Mary (Naomi Watts) leiden met hun kinderen een nomadisch bestaan (dad says our home follows us where we go), wat deels een keuze is en deels wordt ingegeven door de problemen met de autoriteiten waar pa nogal eens in verzeild raakt. En die problemen worden niet zelden veroorzaakt door alcohol. Dat het lang duurt voordat dat alcoholisme zichtbaar wordt in de film is niet vreemd. Voor die tijd is Jeannette te jong om de implicaties van die fles in die papieren bruine zak of het glas in de hand van haar vader te bevatten. Maar wanneer het een thema wordt in de film, struikelen er direct een aantal clichés over elkaar heen.
En dat clichématige speelt The Glass Castle sowieso parten, waarbij het niet helpt dat de film sterk herinnert aan twee films die recent nog in de Nederlandse bioscopen te zien waren: Matt Ross� Captain Fantastic en Jason Batemans The Family Fang. In de eerste speelt Viggo Mortensen een vader die zijn kinderen opvoedt in de bossen van de North Pacific, waar hij hen leert over Marxisme en Noam Chomsky, in de tweede spelen Maryann Plunkett en Christopher Walken een kunstenaarsechtpaar dat hun twee kinderen inzet in bizarre performances. Die laatste film is ook in structuur vergelijkbaar, constant heen en weer springend tussen de kindertijd en het volwassen heden.
Steriel
In dat heden is Jeannette een roddeljournalist die op het punt staat te trouwen met fiscaal analist David (Max Greenfield) met wie ze woont in een smetteloos wit appartement waar ze nog steeds haar dozen niet heeft uitgepakt. Waargebeurd of niet, het is zonde dat dat leven zo steriel wordt neergezet. Er wordt dusdanig veel nadruk gelegd op de leegte van dat bestaan en het totale gebrek aan charisma van David dat het de angel uit de film haalt. Want het is zo overduidelijk dat Jeannette niet past in dit leven dat we de uiteindelijke conclusie dat ze meer op haar vader lijkt dan ze toegeeft al vanaf minuut één voelen aankomen.
Daarbij voelt de boodschap die door het einde heen schemert, dat geld niet gelukkig maakt, toch wel een tikje gekunsteld. Met het grote succes van het boek dat Walls schreef over haar familie (261 weken in de New York Times bestsellerslijst) en de verkoop van de rechten voor deze verfilming, zal zij financieel zeker niet te klagen hebben. En daar is helemaal niets mis mee.
The Glass Castle � en in meer of mindere mate geldt dat ook voor de twee andere genoemde films � plaatst kanttekeningen bij de opvoeding die deze ouders hun kinderen geven, maar zwelgt tegelijk in die excentriciteit. Dat biedt Harrelson weliswaar de ruimte om los te gaan en die neemt hij met verve, maar de balans is zoek. De heftige thema�s worden te veel verdrukt. Dat neemt niet weg dat de Walls een interessant subject zijn en het idee dat de ultieme vrijheid die ze nastreven een gevangenis kan worden is een fascinerend gegeven. Maar de beelden die we tijdens de aftiteling zien van de echte familie Walls � interviews en home video�s � doen vermoeden dat een documentaire dit verhaal misschien beter had kunnen vertellen.
en abonneer je op onze nieuwsbrief.